Beroepsinfectieziekte Hepatitis A
Organisme: |
Het hepatitis A-virus (HAV) is een RNA-virus uit de familie Picornaviridae. Zie de LCI-richtlijn. |
Transmissie: |
De besmetting verloopt hoofdzakelijk feco-oraal. Direct door contact met zieken en indirect door het eten/drinken van voedsel of water dat verontreinigd is met ontlasting dat dit virus bevat. Naast menselijke feces kan besmetting met HAV optreden via ongewassen voedsel, schelpdieren, garnalen, fruit en vruchtensap in (sub) tropische landen. Zie hiervoor de LCR-website. De kans op besmetting neemt toe naarmate de hygiënische omstandigheden slechter zijn. Er is geen behandeling met medicijnen voor hepatitis A. |
Incubatietijd: |
Twee tot 7 weken (gemiddeld 28 dagen). De incubatietijd is afhankelijk van de grootte van het inoculum: hoe groter het inoculum des te korter de incubatietijd. |
Medisch beeld: |
Veroorzaakt een leverontsteking (hepatitis), vaak met geelzucht. Een infectie bij jonge kinderen verloopt overwegend onopgemerkt. Bij volwassenen gaat de infectie vaak gepaard met ziekteverschijnselen. Er is dan een plotseling begin met algemene malaise, griep, koorts, gebrek aan eetlust, misselijkheid en buikklachten. Een hepatitis A-virusinfectie wordt nooit chronisch. De meeste patiënten met hepatitis A genezen uiteindelijk zonder restverschijnselen. |
Diagnostiek: |
Indirect: via het aantonen van HAV-specifieke IgM-antistoffen. |
Werkgerelateerde diagnostiek |
Er zijn verschillende hepatitis A infectieziektenuitbraken beschreven, bijvoorbeeld op scholen of restaurants. Ook lopen medewerkers van een MDL-afdeling een verhoogd risico. |
Melden beroepsziekten |
Indien er in het kader van een infectieziektenuitbraak medewerkers besmet worden, kunnen deze gemeld worden als beroepsziekte. Zie NCvB registratierichtlijn HAV |
Preventie |
|
|
Voorkómen van blootstelling aan feces en met feces verontreinigd (oppervlakte) water/verontreinigd voedsel. Niet nuttigen van rauw, ongekookt of ongepeld voedsel in endemische gebieden. Zie hiervoor Five keys of safer food (WHO). |
|
Goede voorlichting. Vooral in branches/instellingen waar er met risicogroepen of verontreinigde materialen wordt gewerkt, zoals voedseltransporteurs, voedselbereiders, kinderopvang, kinderafdelingen, basisscholen, medewerkers actief in de drugs en daklozen en asielcentra, laboranten, medewerkers MDL-afdeling, gezondheidswerkers, militairen en reizigers. |
|
Handschoenen en barrièreschorten. Geen maskers/brillen bij kans op spatten? |
|
Actieve vaccinatie: bestaat uit twee injecties, met 6-12 maanden tussen de twee vaccins. De bescherming door het vaccin ligt tussen de 95-100% en is levenslang. |
|
Personen met chronisch-actieve hepatitis B |
|
Aan de hand van de RI & E en de criteria van de Gezondheidsraad (vaccinatie van werknemers), kunnen werkgebonden risico’s in kaart worden gebracht en de volgende beroepen in aanmerking komen voor preventieve vaccinatie tegen HAV. Het betreft |
|
Werknemers in de beginfase van de infectie, ook nog voordat ze klachten ontwikkelen, kunnen, gecombineerd met onvoldoende hygiëne, materialen, oppervlakken en voedsel etc. besmetten, waardoor er andere mensen besmet kunnen geraken. Vanwege besmettelijkheid kan, bij werk in de zorg met direct patiëntencontact en/of werk in de voedselbereiding, pas begonnen worden met re-integratie in het eigen werk (als de conditie dit toestaat) vanaf 1 week na het ontstaan van icterus. Zie hiervoor de LCI richtlijn draaiboek gastro-enterale infecties. |